In deze eerste commissie vergadering van het seizoen is het belangrijkste onderwerp het masterplan IJsseldelta-Zuid. Iedere provincie heeft een proefgebied in een landelijk programma ontwikkelingsplanologie of gebiedsontwikkeling. De opzet hiervan is om in een vroegtijdig stadium zaken, die in een bepaald gebied gaan spelen op elkaar af te stemmem en veel meer als overheden en particulieren te gaan samen werken. In de ouderwetse ruimtelijke ordening werd er nogal eens langs elkaar heen gewerkt en hoorde je ook vaak de kreet: “als we dat geweten hadden, hadden we het anders gedaan”. Dat probeert men met ontwikkelingsplanologie te voorkomen. Uiteraard is dit een ontwikkeling die wij als D66 sterk bevorderen. Het plan IJsseldelta-Zuid is het Overijsselse proefgebied. Hier probeert men onder andere de volgende ontwikkelingen op elkaar af te stemmen:
-
De aanleg van de Hanzespoorlijn door Prorail, die binnenkort begint;
-
De verbreding van Rijksweg 50 door Rijkswaterstaat Wegen, binnenkort tot drie rijstroken en in de toekomst misschien wel tot vier;
-
Een IJsselarm ten westen van Kampen om het toekomstige extra water dat we tengevolge van klimaatveranderingen verwachten zonder overstromingen te kunnen afvoeren. Deze zogenaamde bypass is pas over 15 à 30 jaar gepland. Uitvoering door Rijkswaterstaat Rivieren
-
Woningbouw uitbreiding van Kampen met 4000 tot 6000 woningen;
-
Aanleg van nieuwe natuur langs de Veluwerandmeren;
-
Nieuwe recreatievoorzieningen en
- Verbetering van de agrarische structuur.
Het belang om deze zaken vroegtijdig op elkaar af te stemmen kan ik het volgende met het volgende voorbeeld illustreren. De plannen voor Hanzelijn en de Rijksweg 50 behoefden op geen enkele wijze rekening te houden met een bypass. In het kader van dit project ontwikkelingsplanologie heeft de bevolking van Kampen zich uitgesproken voor een bevaarbare bypass. Nu al worden er in de spoorlijn en de weg bruggen aangelegd zodat later deze wens meegenomen kan worden en men ook daadwerkelijk op de bypass kan varen. Ook met de geplande woningbouw kan een veel leuker woonmilieu gecreëerd worden door nu al met alle toekomstige plannen rekening te houden. Er zijn prachtige ideeën voor waterwoningen en wonen op terpen. De kaart uit het masterplan geeft een overzicht hoe het gebied er in de toekomst uit zou kunnen zien.
In de commissie heb ik net al alle andere fracties waardering uitgesproken. Ik vind ook dat gedeputeerde Theo Rietkerk deze zaken goed aanpakt. Ook landelijk heeft minister Dekker vaak haar lof over dit project uitgesproken. Naast waardering hebben wij op sommige onderdelen ook kritiek en zorg. Hoewel de bevolking nu goed wordt betrokken bij de planvorming, had dit in onze ogen eerder moeten gebeuren. Een duidelijk voorbeeld waar dat bij dit plan had gekund betreft de bevolking van het dorp Noordeinde, net over de grens met Gelderland. Toen de bevolking van dit dorp, bekend van Dries van Wijhe, oor kreeg van dit plan moest “er brand worden geblust” Theo Rietkerk moest er zelfs een Statenvergadering voor missen. Er is toen maar een halfslachtige oplossing gekozen, dat het geheel op Overijssels grondgebied zou worden uitgevoerd. Ik ben ervan overtuigd, dat als de bevolking van Noordeinde en de gemeente Oldebroek-Wezep eerder waren geraadpleegd, de plannen nog mooier en beter waren geweest dan ze nu zijn.
Onze fractie hamert er voortdurend op dat je niet eerst een plan moet maken en dat aan de bevolking moet voorleggen maar al in een heel vroeg stadium van prille ideeënvorming de bevolking moet raadplegen.
Wij hebben nu een voorbeeldig plan gemaakt. Dat is nog geen garantie dat het ook zo mooi wordt gerealiseerd. Als het straks op de knikkers aankomt, bestaat het gevaar dat ieder weer het eigen belang laat voorgaan boven het gemeenschappelijke geheel. Wij hebben daarom samen met het CDA gepleit voor een gezamenlijke uitvoeringsorganisatie met een gemeenschappelijke exploitatie. Voor ons is het muziek, om te horen dat bijna iedere fractie GS aanspoort haast te maken met de uitvoering van het D66 initiatiefvoorstel voor een actiever grondbeleid.
Tijdens de rondvraag tot slot, heb ik twee zaken aan de orde gesteld:
-
Ik maak me grote zorgen over de achteruitgang van de weidevogelstand en vind dat Overijssel hier slagvaardig in moet optreden;
- De provincie heeft kortgeleden een persbericht uitgegeven waarin ze meedeelt, dat ze protesteert tegen de voorgenomen bouw van twee outletcentra vlak over de Duitse grens. (Een outletcentrum is een groot winkelcomplex waar overtollige fabrieksvoorraden van bijvoorbeeld schoenen en kleding tegen zeer lage prijzen worden verkocht).
Nu hebben wij als D66-fractie bij de perspectiefnota een motie ingediend voor een structurele aanpak van het ruimtelijk-economische beleid in Twente en het aangrenzende Duitse gebied. Deze motie is met grote meerderheid verworpen. Als onze motie was uitgevoerd dan was het protest van GS niet nodig geweest. Ik zag een aantal tegenstemmers van toen nu instemmend knikken. Ik vermoed dat GS nu geen structurele aanpak willen. Waarschijnlijk willen ze in achterkamertjes een aantal zaken tegen elkaar uitruilen. Bijvoorbeeld: Als Duitsland straks geen bezwaar maakt tegen vliegveld Twente en een bedrijventerreinen ontwikkeling aldaar, dan trekt Overijssel haar bezwaren tegen de outletcentra in en maakt bijvoorbeeld het kaneel Almelo-Nordhorn voor de recreatievaart bevaarbaar, iets wat de Duitsers graag willen.
Om tegen zulke vormen van regentenpolitiek te protesteren is D66 opgericht en moet D66 ook in de volgende Staten vertegenwoordigd zijn.
Aart Karssen
Volg de blog van